zondag 10 juli 2016

Mijn gebed doet er toe

Mijn gebed doet er toe
Doet mijn gebed er eigenlijk toe? Zou er echt iets veranderen wanneer ik zou stoppen met bidden? In de vorige overdenking 'Bidden naar een hemel van koper?' stond ik al even stil bij het gevoel, dat je soms wel eens kunt hebben, dat je gebed op de een of andere manier niet aan komt. Je bidt, maar er verandert zo weinig ... Een gevoel dat je vast wel zult herkennen ...

En toch ... wanneer ik in de Bijbel lees wat Jezus zegt over bidden, dan blijkt mijn gevoel geen goede maatstaf voor de waarde van mijn gebed! Jezus presenteert het gebed als een zeer krachtig en noodzakelijk instrument! En Hij wil dat we dat ook op die manier gebruiken.

Voor mij was het een eyeopener toen ik ontdekte, dat het Hebreeuwse woord voor bidden afkomstig is van 'lehitpallel', dat 'rechtspreken' of 'beoordelen' betekent. Wanneer ik aan het bidden ben, ben ik dus aan het rechtspreken; over mijzelf, over mijn omstandigheden, over mensen waarvoor ik bid, over de situatie in de wereld, enzovoort. Het beeld van rechtspreken krijgt nog meer diepte wanneer ik bedenk, hoe Jezus satan noemt: "vorst van deze wereld" (Johannes 12:31). En Paulus noemt hem: "de mens van de wetteloosheid, de zoon van het verderf, de tegenstander, die zich ook verheft boven al wat God genoemd of als God vereerd wordt, zodat hij als God in de tempel van God gaat zitten  en zichzelf als God voordoet." (2 Thessalonicenzen 2:3-4)